11 uilskuikens? Afgelopen weken werden er veel jonge vogels geringd. Ook jonge uilen.
Ik ging twee keer mee met de Natuurbeschermingsvereniging IJhorst-Staphorst e.o. om foto’s te maken van het ringen van 11 uilskuikens. Terwijl ik er toch was kon ik helpen door de jonge uilen vast te houden terwijl ze hun ring om kregen. Wat bijzonder!
Zielig?
Is het niet zielig om een vogeltje uit het nest te halen en te ringen? De vogeltjes worden natuurlijk het liefst met rust gelaten, maar het ringen gebeurd met respect voor de dieren en met het doel om de soorten te beschermen.
Waarom ringen?
Op de site van de Natuurbeschermingsvereniging IJhorst-Staphorst e.o. staat het zo uitgelegd:
“Ringonderzoek staat voor onderzoek naar (trek)gedrag bij vogels door ze te voorzien van een ring. De kennis over soorten en populaties die op deze wijze wordt vergaard wordt o.a. gebruikt om soorten beschermingsplannen op te zetten. Verbanden proberen te leggen tussen broedgebieden, overwinteringsgebieden en populaties. Maar ook onderzoek naar leeftijd, doodsoorzaak en broedsucces is door het ringen van vogels mogelijk. Reeds vele jaren worden vogels geringd en steeds zijn er weer nieuwe vragen. De natuur is ontzettend complex. Resultaten van ringonderzoek geven aan dat klimaatveranderingen van invloed blijken te zijn op het trekgedrag en broedsucces van vogels.
Alle ringgegevens worden landelijk centraal opgeslagen en verwerkt bij de Nederlandse ringcentrale (“Vogeltrekstation”) van het Nederlands Instituut voor Ecologie te Heteren. Om vogels te kunnen ringen is een vergunning nodig van het Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij. Binnen het ringonderzoek van de vereniging wordt de kern gevormd door drie leden die beschikken over een ringvergunning. De nadruk ligt op het ringen van nestjongen. Bij het ringen wordt nauw samengewerkt met leden van de werkgroepen roofvogels, weidevogels en nestkastonderzoek.”
Steenuil
Eerst gingen we op een boerenerf jonge steenuilen ringen. Steenuilen zijn de kleinste uilen in Nederland. Ze waren erg schattig.
Eerst werd de ladder gepakt, want de uilenkast hing hoog in een eikenboom.

De uilen werden heel voorzichtig uit de uilenkast gehaald….
….en bij elkaar in een tas gestopt.
Hier heb ik een jonge steenuil vast. Nog wat onwennig en vereerd dat ik zo’n mooie vogel vast mocht houden. Wat een grote en scherpe klauwen had het uiltje al.
En wat een (eigen)wijze uitkijk.
Ringen
Er zijn veel verschillende maten ringen. Hier zie je de ringen voor de steenuilen. Iedere ring heeft een ander, uniek nummer, waardoor de leeftijd en de geboorteplaats van de uil altijd te achterhalen is.
Met een speciale tang met uitsparingen worden de ringen dichtgeklemd om de pootjes van de uilen. De ring zal niet te klein worden, want met een paar weken zijn de poten en klauwen al volgroeid en zullen niet groter worden. De uil zelf groeit nog wel door.
De ring is dichtgeknepen om de uilenpoot, maar zit niet te strak. De ring blijft nu om de poot zitten zolang de uil leeft.
Wegen
Na het ringen wordt de uil direct gewogen. De uil gaat in een zakje en het zakje wordt aan een weeginstrument gehangen. Het gewicht wordt achter het ringnummer genoteerd.
Leeftijd bepalen
Om te bepalen hoe oud het uilskuiken is, wordt de lengte van de vleugel gemeten.
Op een vaste tabel is dan de leeftijd van het steenuiljong af te lezen. Deze uiltjes waren gemiddeld 14 dagen oud.
Nog een paar foto’s van de uiltjes.
Zes broertjes en zusjes op een rijtje.
Kerkuilen
Bij de kerkuilen ging het eigenlijk op dezelfde manier.
De uilenkast zat nu niet in een boom, maar bovenin een schuur met paardenstallen en veel boerenzwaluwen. Ook hier moest de ladder voor de dag worden gehaald.
De ingang van de uilenkast zat aan de buitenkant van de schuur.
In de tas
De jonge uilen werden tijdelijk in de(zelfde) tas gedaan en meegenomen naar buiten.
Even poseren voor de foto.
Vleugels opmeten voor het bepalen van de leeftijd. Deze uilen waren al een paar weken ouder dan de steenuilen.
De tabel voor de leeftijdsbepaling van kerkuiljongen.
We wilden de vijf uiltjes ook even op een rijtje zetten voor de foto, net als de steenuiltjes. Ze hadden er echter niet allemaal zin in en twee uiltjes wandelden er vrolijk vandoor. Al die poespas had ze lang genoeg geduurd. Een koddig gezicht zoals ze op de lange poten met grote stappen wegliepen.
Vooruit, nog een paar foto’s en dan de (uilen)kast weer in.
Ik vroeg nog waarom de steenuil gele ogen had en de kerkuil hele donkere ogen. Het antwoord was dat steenuilen overdag jagen en kerkuilen ‘s nachts. Je kunt aan de ogen van uilen blijkbaar zien of het nachtjagers zijn of niet. Donkere ogen is jagen in het donker.
Mooie vogels!
Groetjes van Alja 🙂
Leuk ook paar keer geholpen bij de Veldschuur