Soms blijven er appels liggen. Op de een of andere manier worden die niet opgegeten. Ze worden rimpelig en zien er niet meer uit. Tja, wat doe je er dan nog mee? Kun je oude appels ook upcyclen?
Als je er veel hebt kun je er nog best lekkere appelmoes van maken. Ik had er maar zes, dat was te weinig voor appelmoes. Zouden de vogels in de tuin raad weten met een rimpelige appel? Vast wel. Ik gooide een appel in de tuin en wachtte af. En ja hoor, daar kwam een merel aan die heel blij werd van de appel.
Dat bracht mij op het idee om de vijf appels die ik over had op een paar takken te spietsen, zodat de appel niet over de grond zou rollen als de merel aan de appels pikte. Het zou er vast ook nog leuk uit zien.
Eerst snoeide ik weer takken van de leilindes voor ons huis.
Daarna ging ik de onderkant van een paar stevige takken met een afbreekmesje bewerken. Ik sneed net zo lang tot er een scherpe punt aan zat. Net zoals jongens het vaak leuk vinden om met hun zakmes urenlang takken te slijpen. Met de scherpe punt zou ik de takken makkelijk in de grond kunnen prikken.
Ook aan de bovenkant sneed ik een scherpe punt waardoor ik de appels er makkelijk op zou kunnen spietsen.
Als ik de appels er nu op zou spietsen, zou ik klaar zijn. Ik had echter nog bedacht dat ik er nog dwarse stokjes aan zou maken.
Ik boorde met de handboor een paar gaatjes in de stok. Daarvoor zocht ik eerst een boortje dat net zo dik was als de takjes die ik door de gaatjes wilde steken. De takken zette ik vast in de bankschroef.
De gaatjes zaten er zo in, het hout was nog zacht.
Toen gingen de takjes erdoor. De knoppen die in de weg zaten, brak ik eraf. Als er op die plek ook nog een verdikking zat sneed ik die weg met het afbreekmesje.
Deze takjes moeten ervoor zorgen dat de appels op hun plek blijven zitten. Ook kunnen kleinere vogeltjes die van de appels willen snoepen, op de takjes gaan zitten. Van alle gemakken voorzien.
Het werd ook een zwaard en omgekeerd een kruis. Ook nog weer een idee voor een volgend knutselitem.
Hier de oude wijfjes waar het om gaat. De rimpelige appels dus.
Of het nou komt omdat ik moeder ben van drie jongens of omdat ik te veel fantasie heb…, maar ik waande mij even de appelridder met het appelzwaard 🙂
De appels werden op de takken gespiest. Eerst stokje in het gaatje, appel erop, volgende stokje in het gaatje, volgende appel erop. Eén appel barstte, daar bond ik een touwtje omheen. Zo ontstond er een leuke compositie van appeltakken.
De grond was nog aardig bevroren. Met een oude schroevendraaier en een hamer sloeg ik eerst gaten in de grond. De takken erin en de tafel was gedekt.
Laat de merels maar komen. Andere vogels ook welkom.
Help jij de vogels ook de winter door? Of ben je meer voor de natuurlijke selectie?
Groetjes van Alja